Sluit menu

Nieuws

Kijkje in de keuken bij Fred en Max

Wie van bedrijventerrein Noord-West naar de Spaanse Polder rijdt, of vice versa natuurlijk, kan de nieuwe gevel met de grote witte letters aan de Matlingelaan niet missen: FM Horeca & Grootkeukens. Directeur Max Peperkoorn vertelt wat er achter deze façade schuilgaat.  FM staat voor Fred en Max. De voornamen van beide directeuren Fred Overkleeft en Max Peperkoorn. Het duo, gepokt en gemazeld in de grootkeukenbranche, besloot om net na de millenniumwisseling zelf een bv op te richten. ‘We vullen elkaar goed aan’, legt Peperkoorn uit. ‘Dat moet ook wel, want als je samen een bedrijf runt, ga je wel een soort huwelijk aan. Fred is van de techniek. Zelf heb ik twee linkerhanden, maar wel een horeca-achtergrond. Daarom kan ik klanten goed adviseren over benodigdheden in horecakeukens en de routings daarin.’  Totaalconcept In 2000 begon het duo in Berkel en Rodenrijs, waarna ze voor vijftien jaar neerstreken op bedrijventerrein Noord-West. ‘Omdat we een gezonde gestage groei doormaken, werd het daar te klein en was uitbreiden niet mogelijk. We hadden ons oog laten vallen op dit leegstaande pand aan de Matlingeweg. Na een grondige verbouwing zijn we hier in april ingetrokken.’  Trend ‘Hoe die groei tot stand kwam? Dat houdt verband met de trend die zich eigenlijk al jaren aftekent: de klant wil ontzorgd worden. In het begin leverden we grote horecakeukens, maar kregen we steeds vaker vragen als: jullie sluiten alle apparaten toch wel aan? En als er een storing is, lossen jullie dat toch wel op? Daarom hebben we in de loop der tijd een onderhoudsafdeling opgezet. Vervolgens kregen we de vraag of we ook een totaalconcept van de inrichting konden maken. Met meer kleur en wat andere materialen. Vandaar dat we er in december 2008 ontwerpers en interieurbouwers bij hebben gekregen.’ De afdelingen Grootkeukens en Service & Onderhoud – achttien mensen – opereren vanuit Rotterdam. De designstudio en de afdeling Interieurbouw – dertien medewerkers – zijn gevestigd in Eindhoven.  De eigen ‘bedrijfskantine’, waar de Rotterdamse club gezamenlijk luncht, laat een groot aantal interieurmogelijkheden zien. ‘De tafelbladen zijn in de lengte doorgezaagde en afgelakte boomstammen en het onderstel bestaat uit afgezaagde steigerpijpen. Verder is er zowel roestvrijstaal, stof als leer gebruikt.’ Kønig  Het FM-klantenbestand is zeer divers: van advocatenkantoor tot ziekenhuis en van raffinaderij tot crematorium. Peperkoorn: ‘Voor hen ontwerpen, bouwen, verbouwen, restylen en onderhouden we niet alleen bedrijfsrestaurants, horeca-keukens en instellingskeukens. Maar ook restaurantmeubilair, receptiebalies, directiekamers of hele interieurs. De meubels maken we in Eindhoven of importeren we van onze Europese leveranciers. Kwaliteit is het sleutelwoord. We gaan daarom regelmatig in hun fabrieken kijken hoe zij werken.’  Ook heeft FM een eigen private label – Kønig – in het leven geroepen. ‘Een frisse kook- en baklijn met koel- en vriesapparatuur, combi-ovens en  vaatwassers; een totaalpakket voor de horeca en grootkeukenmarkt. Alle materiaal voor een project wordt in Rotterdam verzameld en vanuit onze 220 m2 grote hal gedistribueerd.’ Tip Heeft Peperkoorn nog een goede tip voor ondernemers? ‘Twee zelfs. Zorg dat je misbaar bent. Dit bedrijf kan ook zonder beide directeuren voortbestaan. En zorg dat je blijft innoveren. Dat is essentieel voor de continuïteit. Het gevaar is, en dat weet ik uit eigen ervaring, dat de aandacht voor nieuwe dingen gemakkelijk ondergesneeuwd raakt in de dagelijkse beslommeringen. Dus maak tijd voor innovatie.’ 

Lees verder

‘Punten op tafel leggen en knopen doorhakken’

Raymond de Vries is per 1 oktober Bart van Wijk opgevolgd als projectmanager Spaanse Polder. Wie is hij? Wat zijn z’n ambities en wat kan hij voor ondernemers betekenen? Als projectmanager werkt De Vries (35) bij het projectmanagementbureau dat valt onder de directie Stadsontwikkeling van de gemeente Rotterdam. Hij is verantwoordelijk voor de ruimtelijke ontwikkelingen op het bedrijventerrein Spaanse Polder. De Vries studeerde Sociale Geografie aan de Universiteit Utrecht en heeft inmiddels veertien jaar werkervaring. Onder meer als projectmanager in Oud-Beijerland. In het begin van zijn carrière was De Vries projectmanager voor een regionaal bedrijventerrein in Hoekse Waard. Hij kent het klappen van de zweep. Waarom hij voor deze baan koos? ‘Als je de kans krijgt om in de mooiste stad van Nederland aan de slag te gaan, moet je dat niet laten. De dynamiek in de Maasstad is enorm. Dat geldt ook voor de Spaanse Polder. De diversiteit is er groot, niet alleen in bedrijfsgrootte – er zijn multinationals, eenmansbedrijven en alles wat er tussen zit – maar ook in sectoren: food, transport, maakindustrie. Dat maakt het boeiend. En dan is er nog het spanningsveld tussen bedrijven en gemeente. Ondernemers willen vaak sneller dan het bij de gemeente kan. Het is mijn taak om daartussen te laveren en goed te communiceren.’  Lans breken Want communicatie met ondernemers is het sleutelwoord, vindt De Vries. ‘Neem de Oostabstbrug die er de komende zomer uitgaat. Daar worden veel ondernemers in de Spaanse Polder en Noord-West niet blij van, maar als je uitlegt dat de planning daarvan te maken heeft met onderhoud aan de Maastunnel en andere infrastructurele werken in de stad, zien ze het verband en de dilemma’s waar wij voor staan en is het beter te begrijpen.’ De Vries ziet het als zijn taak de belangen van de ondernemers te onderkennen en ze goed op de hoogte te houden van de ontwikkelingen. ‘Onbekend maakt onbemind, dus ik wil graag met de ondernemers in gesprek. Dat werkt het beste. Binnen de regels zijn er altijd diverse mogelijkheden. Voor goede alternatieven ben ik graag bereid een lans te breken en de samenwerking in goede banen te leiden.’ Verder kijken ‘Er ligt een goede basis in de Polder. Er is een constructieve overlegstructuur en voor zover ik het nu kan overzien, heerst er een goede flow. Van daaruit wil ik verder kijken. Waar willen we over vijftien jaar zijn? Waar kunnen bedrijven nog uitbreiden? Hoe pakken we dat aan? Wat is er dan nodig? Ik weet dat ondernemers daarover nadenken. Ik wil graag nieuwe stappen in gebiedsontwikkeling maken. Met ondernemers om de tafel om te inventariseren waar ze naartoe willen en hoe we daarbij kunnen samenwerken: punten op tafel leggen en knopen doorhakken.’  ‘Na drie jaar is het moment daar om mijn tanden eens in andere Rotterdamse projecten te zetten.   Ik heb een mooie tijd gehad als projectleider Spaanse polder, waarvan ik het contact met ondernemers een erg aangenaam onderdeel vond. In de afgelopen jaren zijn bedrijven merkbaar uit de crisis gekropen. Dat zie je aan nieuwe investeringen en de toenemende verkoop van gemeentekavels in het gebied. Met ondernemers hebben we als gemeente en goede basis opgebouwd. Onder andere door een bedrijvencontactfunctionaris, Martine van der Linde, aan te stellen en door het afstemmingsoverleg te initiëren. Bij dit tweemaandelijks overleg nemen afgevaardigden van de belangenvereniging, de ondernemers en de gemeente en de politie deel. Bovendien is een dik half jaar geleden een stadsmarinier voor het bedrijventerrein aangesteld.’ Bart van Wijk  

Lees verder

Meubelmaker met een hart van hout

Marcel Vroon maakt al 24 jaar tafels, kasten, keukens en complete interieurs voor uiteenlopende opdrachtgevers. Na zijn opleiding aan het Hout en Meubileringscollege begon hij in 1993 in zijn eigen kelder. Sinds negen jaar opereert hij vanuit zijn werkplaats aan de Pelsertstraat. Zijn materiaal? Hout. ‘Hout is een verlengstuk van mezelf.’  Binnenruimte is een meubelmakerij, interieurbouwer en ontwerpbureau ineen. Marcel Vroon werkt in dit bedrijf al meer dan twintig jaar samen met zijn vrouw Jolanda van Holten, die verantwoordelijk is voor een aantal succesvolle ontwerpen. Marcel: ‘Jolanda ontwerpt op een eigenzinnige manier. Vervolgens is het mijn taak om het te maken. Best lastig, want ik kijk naar de praktische kant. Kan dat wel met zo’n constructie? Kan dat wel met dat materiaal? Kan ik dat wel uitfrezen? Achteraf denk ik vaak: ‘Goh wat is het een mooi product geworden.’’ Schoolkapstok Een van hun succesnummers is de R3-schoolkapstok. Jolanda: ‘Ik zag bij mijn kinderen op school altijd jassen en tassen op de grond en dan ook nog eens dat eeuwige hoofdluizenprobleem. Dat moest ook anders kunnen.’ Het resultaat is verrassend: een simpel, functioneel en mooi uitgevoerde kapstok. Marcel: ‘We hebben een verrijdbare variant en eentje die aan de muur kan hangen. Boven de haken kun je spullen leggen en onderin ook. De haken zijn gescheiden met tussenschotjes, waardoor hoofdluizen niet van kraag naar kraag kunnen overkruipen. De kapstok is gemaakt van berkentriplex en afgewerkt met een UV-lak. Ik denk dat nu ongeveer zestig scholen in Nederland onze kapstok hebben. Omdat het goed loopt, heb ik onlangs flink geïnvesteerd door een computergestuurde freesmachine aan te schaffen. Nu kan ik ze helemaal zelf maken en komt er ook ander werk binnen. Zoals promotiemateriaal voor voedingsmiddelenfabrikant Johma, in de vorm van plankjes met een uitgefreesd logo.’ Diversiteit Binnenruimte werkt voor scholen, bedrijven en particulieren en voert heel verschillende opdrachten uit. ‘De ene keer gaat het om een kast, de andere keer om een zwevend bureau dat aan een paal hangt, een altaar, kinderbedjes voor Prenatal, een keuken of een complete inrichting. Op het moment ben ik, samen met compagnons, bezig aan het Acctable-project: grote ronde tafels van Accoya-hout, dat met azijn wordt verduurzaamd. Daardoor kun je hem gewoon buiten laten staan. Omdat we stagiairs hebben en gemakkelijk bij buurbedrijven personeel kunnen inlenen, kunnen we ook grote bestellingen aan.’ Ambitie ‘Wat mijn ambitie is? Om nog meer mooie, duurzame dingen van hoge kwaliteit te maken. En om wat meer mijn rust te pakken. Dat is wel eens moeilijk in een wereld waar alles gisteren klaar moet zijn. Ik ben een perfectionist en sta nog wel eens om half vijf op om in de werkplaats toch nog even iets af te maken. Maar ja, dat geeft me tegelijkertijd ook veel plezier.’ Heerlijk materiaal ‘Wat ik met hout heb? Mijn ene opa was aannemer en de andere scheepstimmerman. Misschien heb ik het van hen. Hout is gewoon heerlijk materiaal om mee te werken. Ik moet er ook altijd even aan voelen en ruiken. Ik herken de meeste houtsoorten aan de geur. Hout is een verlengstuk van mezelf.’

Lees verder

Herinrichting voormalig Spaanse Toren-kavel: Nieuw hoogtepunt voor Loxam

Met de sloop van de Spaanse Toren in 2011 kwam er een mooie zichtlocatie vrij in het hart van de Spaanse Polder. Precies waar Loxam, grootste internationaal verhuurbedrijf voor hoogwerkers, aggregaten, materieel en gereedschap, naar op zoek was. De nieuwbouw in de herkenbare Loxam-stijl moet vanaf maart 2017 het paradepaardje worden voor Loxam Nederland. Loxam heeft al een vestiging in de Spaanse Polder sinds 2008. Na de overname van polder- en branchegenoot Workx Materieelverhuur in 2014, begon de zoektocht naar een groeilocatie in de regio. Henny Schriek, Marketing & Sales Manager van Loxam: ‘Belangrijk is dat de nieuwe vestiging onze corporate identity uitstraalt. Dat betekent: dichtbij onze klanten, optimaal bereikbaar en goed zichtbaar. Daarnaast moet er voldoende ruimte zijn voor onze logistieke organisatie en voor groei. Het kavel in de Spaanse Polder bood al deze voordelen. Mooi is dat onze nieuwe vestiging in de onmiskenbare Loxam-kleuren, straks ook vanaf de snelweg duidelijk is te zien.’ Opsteker Özcan Atilgan, directeur van Generaal Ontwikkelingsbedrijf (GOB), hoorde op de algemene ledenvergadering van de BVSP dat Klaas Honkoop, vestigingsmanager van Workx, een goed bereikbare zichtlocatie zocht. Atilgan: ‘Ik gaf aan dat het kavel aan de Industrieweg vrij was. Via Honkoop kwam ik over het kavel in gesprek met Pieter Geraedts, operational manager van Workx. De overname van Workx door Loxam in 2014 bracht mij in contact met Henny Schriek. Er is veel tijd en energie gaan zitten in het onderzoeken van de technische haalbaarheid en later de financiering en het vergunningentraject van het plan. Drie jaar na het eerste contact op de ledenvergadering kwam het plan rond en konden we onder ons motto ‘U wenst, wij bouwen’ aan de slag. Een mooi resultaat, dat is begonnen in het netwerk van de BVSP.  De nieuwe vestiging van Loxam, een gezond bedrijf dat goede diensten levert, is als vervanger van de Spaanse Toren een opsteker voor het bedrijventerrein!’ Loxam werd in 1967 in Frankrijk opgericht waarna de huidige eigenaar Gerard Deprèz snel aansloot en nu nog steeds zeer actief is in het familiebedrijf. Het verhuurbedrijf voor constructie- en bouwmaterieel heeft inmiddels ruim 700 vestigingen in dertien landen. In Nederland zijn dat er ruim vijftig, verdeeld over drie divisies: Loxam Power voor aggregaten, Loxam Access voor hoogwerkers en Loxam Workx voor overig materieel zoals dumpers, lichtmasten en trilplaten. Loxam is in zijn soort nummer één in Europa en een van de grootste in Nederland. ‘Betrouwbaarheid is de belangrijkste eis van onze klanten’, vertelt Schriek. ‘Iemand die een hoogwerker of trilplaat komt huren, wil de klus met dit apparaat zo snel mogelijk klaren. Loxam garandeert dan ook dat alles wat je er huurt, honderd procent gebruiksklaar en schoon is. We gaan na of de materieelkeuze voor de klant de juiste is en gaan soms zelf op locatie kijken. De klant krijgt ook altijd uitleg over het werken met de machines en de risico’s. Veilig werken staat voorop.’ Spaanse Toren [caption id=\"attachment_1374\" align=\"aligncenter\" width=\"640\"]   [/caption] En daar ging ie dan! In augustus 2011 raakte de eerste sloophamer de Spaanse Toren van architect Jan Hoogstad. Zag de één het gebouw uit de jaren zestig als karakteristiek industrieel erfgoed, de ander vond het verpauperde pand, dat al jarenlang leegstond, rijp voor sloop. In november is de eerste Loxam-paal geslagen.

Lees verder

Strooizout voor ondernemers

Het winterseizoen komt er weer aan. Ondernemers in Rotterdam zijn zelf verantwoordelijk voor het ijs- en sneeuwvrij houden van de stoep en toegangswegen rond de onderneming. Daarom is het belangrijk om voorbereid te zijn op eventuele vorstperiodes en/of sneeuwbuien en op tijd strooizout in huis te halen. Afhalen strooizout Vanwege de afgelopen zachte winter is er nog voldoende strooizout bij ondernemers voorradig van het zout dat vorig jaar door de gemeente verspreid is onder MKB ondernemers. Mocht dit onverhoopt niet het geval zijn, dan kan er door ondernemers gratis strooizout afgehaald worden bij één van de 14 afhaallocaties. Een overzicht van de afhaallocaties vindt u op bijgaande flyer. Zout strooien Het strooien van zout is de snelste en makkelijkste manier om gladheid te bestrijden. In geval van sneeuw, schep of veeg eerst zoveel mogelijk losse sneeuw in de richting van de trottoirband, zodat dit niet op een later tijdstip opnieuw kan bevriezen. Strooizout gelijkmatig uitstrooien. Strooi niet te dik (maximaal één handje strooizout per vierkante meter). Geef het strooizout de tijd om z’n werk te doen (30 minuten is voldoende). Het strooien van zout heeft vooral zin als er daarna overheen wordt gelopen/gereden. Overmatig strooien leidt ertoe dat het zoute smeltwater in de bodem dringt en wortels van planten en bomen beschadigt. Bewaar geopende zakken op een droge plaats, om klonteren tegen te gaan. Let op: Strooizout is niet geschikt voor consumptie! Meer informatie Heeft u vragen over strooizout? Kijk dan op www.rotterdam.nl/gladheid of bel naar 14 010. Afhaal locaties strooizout

Lees verder

Poldermodel: Jacky’s Lunchcafé

Sinds 15 augustus drijft Esther Lagerweij Jacky’s Lunchcafé aan de Vlaardingweg. ‘In de horeca gaat het erom mensen blij te maken. Ik zou niet achter de schermen willen werken, dan zou ik het contact met klanten veel te veel missen.’ Bedrijf: Jacky’s Lunchcafé Adres: Vlaardingweg 66 Werkzaamheden: Verzorgen van lunches, catering en feesten Medewerkers: 6 Website: www.jackyslunch.nl Wie is Jacky? Dat is mijn dochter van tien. Omdat ik haar nu zo weinig zie, is ze door de bedrijfsnaam en haar grote foto op de muur, toch bij me. Waarom zie je haar zo weinig? Omdat ik twee horecazaken run. Elf jaar geleden ben ik Lunchroom Stricklede op de Strickledeweg begonnen. Maar omdat we daar weg zouden moeten, ben ik naar iets anders gaan uitkijken. Net toen ik besloten had hier iets nieuws te openen, hoorde ik dat we toch konden blijven. Nu heb ik er dus, min of meer per ongeluk, twee. Kom je uit een ondernemers-geslacht? Jazeker. Op mijn veertiende stond ik al te bedienen in het eetcafé van mijn ouders. Na de middelbare en de hotelschool ben ik Lunchroom Stricklede begonnen. Hoe zijn de eerste paar maanden verlopen? Prima. We hebben veel vaste klanten, zowel voor lunches en borrels als voor catering voor bruiloften en andere feestjes, ook op locatie. Ik heb ook veel aan mond-tot-mond-reclame en aan reacties op Facebook en Iens.nl. Gelukkig zijn die allemaal superpositief. Dat doet me echt goed. Wat is de huisspecialiteit? Jacky’s friet. Dat is de opvolger van de Kapsalon, let maar op. Er zijn twee varianten: friet met warm vlees (of pittige kip), gebakken champions, paprika en ui met mayo en huisgemaakte pindasaus (of chilisaus). Oja, en de Rotterdamse borrelplank Mijn vader zei altijd… Ga voor een baas werken, kun je lekker altijd om 17.00 uur naar huis.  Dat advies slaan we dus beiden in de wind. Zestig uur per week is geen uitzondering. Het is al bijna weer Kerst, kun je lekker uitrusten… De laatste drie jaar hebben we geen Kerst gevierd. Staan we om half vier ’s ochtends salades te maken en broodjes af te bakken voor een goede klant.

Lees verder

Een gebouw is altijd te gast in zijn natuurlijke omgeving

Vanuit een robuust kantoorpand op de hoek van de Schuttevaerweg realiseert Giesbers Rotterdam woningen, scholen, bedrijfsgebouwen en speciale projecten. Vanuit welke visie doen ze dat? Afslag 12 vroeg het aan algemeen directeur Willem van Zanten en Niels Akkermans, manager Commercie en Productie. Doe eens een greep uit de projecten die jullie hebben uitgevoerd… Van Zanten: ‘De Koninklijke Marechaussee Kazerne in Rotterdam, bedrijfsgebouw KIA aan de Rotterdamse Hoofdweg, de Inholland University Rotterdam, eengezinswoningen in Schiedam en de getransformeerde visrokerij in Scheveningen. We zijn breed georiënteerd.’ Wat maakt een opdracht bijzonder? Akkermans: ‘Als een project een specifieke uitdaging in zich heeft; een vraag of wens waar we echt onze tanden in kunnen zetten.’ Noem eens een voorbeeld? Van Zanten: ‘Landgoed Nieuw Cruysbergen. We vinden dat de woningen en appartementen die we in dit prachtige natuurgebied bouwen, geen afbreuk mogen doen aan de oorspronkelijke natuur. Een gebouw is altijd te gast in zijn natuurlijke omgeving. We hebben lang gewerkt aan een passend ontwerp en zijn blij met het resultaat. Er is een milieuonderzoek gedaan door een adviesbureau naar de impact van ons bouwplan. Dat leverde Giesbers een mooi compliment op van de gemeente Bussum, namelijk dat onze aanpak de natuurwaarde van het gebied eerder vergroot dan verkleint.’ Wat is jullie ambitie? Akkermans: ‘Een werk- of woonomgeving realiseren waarin de eindgebruikers hun eigen ambities en dromen kunnen waarmaken.’ Hoe pak je dat aan? Akkermans: ‘Je inleven in de wensen van de klant en kritisch meedenken over hoe je die wensen kunt realiseren. Het liefst zijn we vanaf de eerste streep op de tekentafel betrokken bij de realisatie.’ Zeggen jullie ook wel eens ‘nee’ tegen een opdracht? Van Zanten: ‘Zeker. Wanneer nieuwbouw van een bedrijfsruimte financieel niet handig is voor de klant, en het veel efficiënter is om voor huur of noodhuisvesting te kiezen, zeggen we dat eerlijk. Een tevreden klant op de korte én op de lange termijn is ons doel.’ Noem één ding waar je trots op bent… Akkermans: ‘Op het unieke woonconcept “DIT is wonen”. Hiermee bieden we de ultieme flexibiliteit voor onze opdrachtgever, of dat nu een particuliere koper, een belegger of een corporatie is. Hoe werkt dat dan? Van Zanten: ‘We gaan met opdrachtgevers, architecten en kopers om de tafel om alle wensen en eisen scherp te krijgen. De een vindt duurzaamheid belangrijk, de ander grootte of maatwerk in materialen. Door onze gedetailleerde uitwerking en intensieve samenwerking met bouwpartners, kunnen we een onbeperkte keuzevrijheid realiseren, maken we de keuze van de klant meteen financieel inzichtelijk en beperken we de faalkosten tot een minimum.’ Geef eens een voorbeeld van die keuzevrijheid… Akkermans: ‘Bewoners in ons project in Park16Hoven kozen in plaats van een grote achtertuin voor een enorme gedeelde voortuin. Zo hadden ze vanuit hun keuken zicht op hun spelende kinderen.’ Zitten jullie lekker in de Spaanse Polder? Van Zanten: ‘De goede bereikbaarheid vind ik het grootste voordeel van deze locatie. Momenteel hebben we 30 á 32 man in de uitvoering. Als er veel projecten tegelijkertijd lopen dan is het soms even “persen en douwen” om iedereen een werkplek te geven.  Maar voorlopig zitten we hier nog prima.’

Lees verder

Vlees met karakter

Goedegebuur Vlees Rotterdam levert al 65 jaar hoogwaardig rundvlees en kreeg eind vorig jaar de prestigieuze Rotterdamse ondernemersprijs. Wat zijn de succesfactoren? ‘Specialisatie, automatisering en de drive om voortdurend te willen verbeteren’, vertelt algemeen directeur Michiel Goedegebuur (35). ‘En de keuze voor de wat vettere en betere melkkoe.’ Goedegebuur verwerkt op het Groothandelsmarktterrein in de Spaanse polder wekelijks zo’n 750 ton rundvlees. Negentig procent daarvan is bestemd voor de export. Producten komen onder meer terecht bij cateringbedrijven, restaurantketens en de vleeswarenindustrie. Achtervoet De keuze voor specialisatie – die achteraf zeer succesvol is gebleken – kwam min of meer nood-gedwongen tot stand. ‘Vanwege overcapaciteit is de sector in 1995 grondig gesaneerd’, vertelt Michiel. ‘Mijn vader en oom hebben toen een strategische keuze gemaakt om zich louter toe te leggen op het verwerken van achtervoeten van hoogwaardige melkvee- en dubbeldoelrassen. Hieruit komen de luxere delen van het rund voort zoals ossenhaas, entrecote, rib-eye en (kogel)biefstuk. ‘Het vlees van de wat vettere melkkoe van middelbare leeftijd heeft het meeste karakter’, legt Michiel uit. Goedegebuur selecteert haar voornamelijk Duitse, Nederlandse en Oostenrijkse leveranciers zorgvuldig en gaat lange termijn partnerships met hen aan. Innovaties Naast bovengenoemde strategische zet is kostenbeheersing in deze zeer competitieve markt erg belangrijk. Michiel voerde daarom verschillende innovaties door op het gebied van informatietechnologie. ‘Automatisering speelt bij het uitbenen, uitsnijden en consistent categoriseren van het vlees een grote rol. We hebben bijvoorbeeld een gerobotiseerd opslagsysteem en een intelligente snijlijn. Dat laatste houdt in dat we van alle activiteiten van onze medewerkers gegevens verzamelen. Hoe snel en hoe goed zijn zij in verschillende aspecten van hun werk? Met behulp van die gegevens kun je beslissingen nemen, medewerkers belonen of bijscholen. Ze reageren veelal positief en vinden een competitief element juist leuk.’ Uitdagend en dynamisch Michiel werkt nu ruim zeven jaar ‘in de zaak’; de laatste drie daarvan staat hij aan het roer. Hij studeerde bedrijfskunde en was in vorige functies business analist en register controller ‘We hebben ons altijd gericht op continuïteit. De winst ging altijd voor een groot deel terug in de zaak om in nieuwe technologieën te investeren. Of je die investeringen terugverdient, is lastig hard te maken. Al probeer ik dat vanuit mijn achtergrond juist wel in kaart te brengen. We hebben onze processen geanalyseerd en kritieke prestatie-indicatoren vastgelegd. We gaan altijd voor lange termijn relaties, ondanks dat de prijzen variabel zijn en ook de productmix per dag varieert. Ondernemersrisico’s blijven altijd bestaan. Dat maakt het uitdagend en dynamisch.’ Zelfsturing Goedegebuur werkt met een jong management team. ‘Goede mensen die meer verantwoordelijkheden krijgen. Managers die sturen op resultaat en dankzij onze automatisering inzicht hebben in de prestaties.’ Wat zijn de toekomstplannen? Goedegebuur kocht onlangs een naastgelegen kavel van 12.000 vierkante meter. ‘Met de aankoop kunnen we uitbreiden als we dat willen. Het is niet het directe plan om overnames te doen of aanverwante activiteiten te ontplooien. Voortdurend verbeteren is altijd onze missie geweest. Dat blijft zo. We willen liever ons rendement verhogen; wat we doen elke dag beter doen.’

Lees verder

Lamers en Aboutaleb stropen de mouwen op – Upgrade Spaanse Polder krijgt fundament

De verantwoordelijke burgemeesters Ahmed Aboutaleb en Cor Lamers zijn duidelijk in hun boodschap: de afgelopen jaren is te weinig aandacht besteed aan Spaanse Polder en ’s-Gravelandse Polder. Dat moet veranderen. Het roer in dit gebied gaat drastisch om. ‘Het is ons ernst’, begon burgemeester Cor Lamers van Schiedam tijdens een bijeenkomst op 24 augustus, waar ook toonaangevende ondernemers uit de Spaanse Polder en vastgoedeigenaren aanwezig waren. ‘We willen zichtbaar aanwezig en direct aanspreekbaar zijn. We zijn ervan overtuigd dat dit gebied zoveel potentie heeft dat het boven zichzelf kan uitgroeien en dat is ten gunste van iedereen. Dat betekent een florerend ondernemingsklimaat, pandeigenaren die ook graag willen investeren maar ook minder criminaliteit.’ Slagvaardig gebiedsteam Burgemeester Ahmed Aboutaleb gaat voorstellen om alle zaken die betrekking hebben op bedrijventerrein Spaanse Polder te bundelen en te beleggen bij een speciaal hiervoor samengesteld team dat vanuit het gebied opereert. Stadsmarinier Marcel van de Ven is hier een groot voorstander van. ‘Je moet alle informatie op één plek hebben, zodat je op de juiste manier kunt schakelen.’ Aboutaleb wijst er daarnaast op dat de gemeenteraad 310 miljoen extra beschikbaar heeft gesteld voor de openbare ruimte. Hiervan zou een deel kunnen worden geïnvesteerd in de buitenruimte van de Spaanse Polder. Hiertegenover staat dat veel pandeigenaren dan ook aandacht en zorg voor hun panden moeten hebben zodat de Spaanse Polder in zijn geheel zichtbaar wordt verbeterd. Signaal is duidelijk Marcel van Breda, directeur van Schmidt Zeevis, vindt het belangrijk dat de communicatie tussen de gemeente en de ondernemers op peil blijft en dat de gemeente duidelijk is in het uitvoeren van beleid.’ Beide burgemeesters zijn het met hem eens: ‘Alleen samen kunnen we de Spaanse Polder tot het meest aantrekkelijke bedrijventerrein van Europa omvormen.’ Hoe dan ook, het signaal is duidelijk: gezonde bedrijven moeten ruimte krijgen om hun zaken te doen en zich te ontwikkelen. En voor schimmige bedrijven die niet gezien willen worden, is geen plaats. In het voorjaar van 2017 staat een vervolgbijeenkomst gepland.

Lees verder

Stadsmarinier in de polder

Sinds mei heeft de Spaanse Polder een stadsmarinier. Volgens Rotterdam.nl een ‘superambtenaar, die speciaal is aan­gesteld om hardnekkige veiligheids­problemen in bepaalde gebieden op te lossen’. Stadsmarinier Marcel van de Ven: ‘Ik wil daarbij de energie, de kwaliteit en de kracht van ondernemers benutten.’ Van de Ven doet dit werk al acht jaar en werkte eerder in Bloemhof, Hillesluis en het Nieuwe Westen. Het gaat steeds beter met Rotterdam, vindt hij. ‘Onze wijken staan steeds vaker in de goede lijstjes.’ Een stadsmarinier op een bedrijventerrein is echter een noviteit. Een goed vestigingsklimaat voor bedrijven is essentieel, vindt Van de Ven. ‘Zeker op het grootste aaneengesloten bedrijventerrein van Europa. In de Spaanse Polder is de afgelopen jaren veel geïnvesteerd. Die opwaartse spiraal moeten we vasthouden. Ondernemers die die ontwikkeling ondermijnen, willen we niet. Zichtbare aanwezigheid van de overheid gaat wildgroei en duistere praktijken tegen. Sinds een jaar voeren we samen met de gemeente Schiedam, DCMR, de Arbeidsinspectie en de Belastingdienst integrale controles uit op het industrieterrein. Die werpen vruchten af.’ Verregaande bevoegdheden ‘De afgelopen maanden heb ik met veel ondernemers en pandeigenaren in de polder kennisgemaakt en met hen gesproken over wat er allemaal speelt. Verder heb ik minister van der Steur ontvangen die hier op werkbezoek was.’ Als stadsmarinier heeft Van de Ven verregaande bevoegdheden. ‘Mocht er op een bepaald moment meer inzet van samenwerkings­partners nodig zijn, dan hoef ik niet de standaardprocedures te volgen en kan ik meteen knopen doorhakken. Ik heb rechtstreeks contact met burgemeester Aboutaleb.’ Van de Ven ziet zichzelf als een zzp’er in vaste dienst. ‘Ik krijg veel ruimte, kan mijn creativiteit kwijt en snel een zichtbaar resultaat boeken. Een simpele oplossing heeft soms een groot effect.’ Binnenlopen Ondanks dat er – op het moment van schrijven – nog geen bord aan de gevel van de Galateestraat 7 hangt, weten ondernemers Van de Ven al te vinden: ‘Ze lopen hier binnen om te vragen wat ze moeten doen als hun oplegger is gestolen of waar ze moeten zijn voor oplaadpalen voor elektrische auto’s. Ik heb zelfs een vrouw geholpen die al twee jaar in een auto woont om haar naar de juiste hulpverlening te dirigeren.’ Voorbeelden van het afwisselende werk als stadsmarinier. ‘Ik wíl ook graag dat ondernemers binnen­lopen. We hebben een ruimte waar de wijkagent, handhavers en andere collega’s kunnen werken en een vergaderzaal die ook voor ondernemers beschikbaar is. Bovendien kunnen daar ook veiligheidscursussen of opleidingen voor overheidspersoneel plaatsvinden. Op de Strickledeweg, hier schuin tegenover, hebben we samen met de gemeente Schiedam een loods, die gebruikt kan worden voor opleidingen en leerwerktrajecten, bijvoorbeeld voor de beveiligings- of schoonmaakbranche. Bovenal wil ik beweging, zichtbaarheid en verbindingen leggen, want het ondernemen stagneert als iedereen op zijn eilandje blijft zitten.’  Veilig, verantwoord, vitaal Onder het motto ‘Veilig, verantwoord en vitaal ondernemen’ bouwt Van de Ven aan een intensievere samenwerking tussen ondernemers, de gemeentes en andere partijen. Het liefst met ‘zijn poten in de klei’. ‘Er zijn al samenwerkingsvormen – zoals  het handhavings- en afstemmingsoverleg – maar ik kijk of zaken nog beter georganiseerd kunnen worden en wat er nodig is om het vestigingsklimaat te verbeteren. Bijvoorbeeld in een eigenarenplatform, waardoor ik nog gerichter kan ingrijpen of tot de wortels van de problematiek kan doordringen. Hoe dan ook, ik kom graag bij ondernemers langs en zij zijn van harte welkom op de Galateestraat 7.’

Lees verder