Sluit menu

Nieuws

Wijkagent Leen Dekker laat een ‘redelijk verzorgde polder’ achter

‘Ik ga met een goed gevoel weg’ Zeven jaar lang was hij de schakel tussen ondernemers, gemeente en politie. Per 1 januari 2015 kiest Leen Dekker, wijkagent Spaanse Polder, voor de mogelijkheid van flexibel pensioen. Afslag 12 kijkt met Leen terug en vooruit. ‘Denk maar niet dat ik achter de geraniums ga zitten.’ Hoe ben je wijkagent Spaanse Polder geworden? ‘Mijn hand opgestoken toen de vacature ingevuld moest worden. Het was weer eens wat anders dan een woonwijk. En ik kende het industrieterrein al als mijn broekzak. Ik woonde in Overschie en ging vroeger vaak stappen in Schiedam. We reden dan met onze brommertjes door de Spaanse Polder. Ik werk nu 38 jaar bij de politie en tot op de dag van vandaag met plezier.’ Kon je je ei kwijt? ‘De politiek en mijn organisatie bepalen natuurlijk de kaders. Maar ik vergelijk het met een vijfbaans snelweg. Je kunt binnen die witte lijnen min of meer je eigen werkwijze kiezen. Dat heb ik ook altijd gedaan. Ik vind dat je een verbindende schakel moet zijn. Tussen ondernemers en gemeente in dit geval. Je bent een spin in een web. Als je het web goed spant en de trillingen opvangt, ben je er op tijd bij. Als wijkagent kun je dan het verschil maken.’ Geef eens een voorbeeld… ‘De mening of klacht van een ondernemer leidt bij de gemeente niet altijd tot de gewenste actie. Ik kan een probleem zuiver inschatten. Ik beoordeel de situatie ter plekke, hoor argumenten aan en bemiddel. Tijdens overleggen die ik met de gemeente heb, kaart ik het probleem aan. Bij belangrijke onderwerpen vraagt de gemeente mij ook vaak hoe ondernemers erin staan.’ Wat waren de hoogtepunten de afgelopen zeven jaar? ‘De totstandkoming van de quatronde is er één. Er waren te veel verkeersbewegingen en er werd te hard gereden – ooit iemand geflitst met 124 km/h terwijl 50 is toegestaan – waardoor ernstige aanrij-dingen ontstonden. De kruising Giessenweg/Industrieweg werd aangemerkt als een blackspot. De quatronde straalt rust uit en voldoet. De aanleg betekende aanzienlijke overlast voor ondernemers, maar ja, geen voordeel zonder nadeel. Een andere succesvolle actie was het ontruimen van het clubhuis van de Hell’s Angels. Dat hebben we in goed onderling overleg en zonder machtsvertoon voltooid. Verder ben ik blij met ‘Veilig ondernemen’, een project dat we samen met ondernemers en gemeente hebben gedaan. We hebben camera’s geplaatst en zo diverse inbraken opgelost en inzicht gekregen in vluchtroutes. Ook de revitalisering werpt zijn vruchten af, het ziet er allemaal heel wat beter uit.’ Wat is niet gelukt? ‘We zijn er niet in geslaagd de rommelbootjes te verwijderen in de Bornissehaven. Die trekken crimi-naliteit aan. Wil je dat structureel aanpakken dan zal de gemeente Rotterdam, die probleemeigenaar en beheerder is, actief moeten handhaven. Verder zijn er veel gegevens verzameld over de criminele activiteiten in de polder, die in de toekomst wellicht tot iets kunnen leiden. Dat zijn dingen voor mijn opvolger om af te ronden.’ Wie wordt je opvolger? ‘Dat is nog niet bekend.’ Noem een bedreiging voor de polder… ‘Leegstand. Dat trekt maatschappelijke parasieten aan en de politie heeft slechts beperkte middelen om het kraken aan te pakken. Dat kan alleen met volledige medewerking van de pandeigenaar. Verder moeten we de interne criminaliteit in de polder niet onderschatten.’ Samenwerken is het credo? ‘Precies. Ook integrale controles van politie met DCMR, de energiemaatschappij en Bouw en Woningtoezicht werkten goed. Het aantal hennepkwekerijen is hierdoor geminimaliseerd De politie-inzet zal in de komende jaren door reorganisaties veranderen. We moeten dus slimmer acteren en krachten bundelen.’ Goede raad voor ondernemers? ‘Word lid van BVSP, ontwikkel een vorm van park-management en bouw het Veilig Ondernemen verder uit.’ Goede raad voor de gemeente? ‘Zorg voor een integraal veiligheidsbeleid dat bestuurlijk ingebed is.’ Wat ga je trouwens doen? ‘Ik heb destijds een opleiding Security Management afgerond. Ik ben voor mezelf begonnen als adviseur op veiligheidsgebied. Verder haal ik mijn motor wat vaker uit de schuur en ga ik weer drummen in een rockband.’

Lees verder

Quatronde klaar

Op 18 november 2013 begon de gemeente Rotterdam met de herinrichting van het gebied rond de Giessenweg. Een jaar later is het aanzicht van het gebied verbeterd, de (verkeers)veiligheid vergroot en is het parkeren makkelijker geworden. In het oog springend fenomeen is de quatronde. Door deze nieuwe soort rotonde stroomt het verkeer nu soepeler door. De gemeente heeft het project tegelijkertijd aangegrepen om een gescheiden rioolstelsel voor afval- en hemelwater aan te leggen.

Lees verder

Nieuwe inzichten

Nu de crisis niet meer alle energie opeist, ontstaat er ruimte voor nieuwe gedachten en inzichten. Dat moet ook wel, want ook de condities die een bedrijventerrein tot een goed terrein maken blijken veranderd te zijn. Hoe gaat de gemeente Rotterdam daar mee om? Er zijn veel zzp’ers bijgekomen die bij voorkeur opereren vanuit bedrijfsverzamelgebouwen met kleine werkunits en elkaar met cross over-activiteiten stimuleren. Daarnaast blijkt, als plezierige verrassing, dat bedrijven veel milieuvriendelijker zijn geworden. Ze zijn veiliger omdat gevaarlijke processen vervangen zijn en er minder schadelijke stoffen worden gebruikt, die dus ook niet overblijven of weer afgevoerd hoeven te worden. In veel gevallen zijn machines kleiner en geluidsarmer dan vroeger, terwijl de productie verveelvoudigd is. Met andere woorden: veel grote, monofunctionele terreinen zijn niet langer nodig en het is dan ook precies dáár waar de leegstand toeneemt en in sommige gevallen zelfs zorgwekkende vormen aanneemt. Behoefte van bedrijf centraal Een stad is een organisch geheel. Hier verdwijnt wat, daar ontstaat iets. Rotterdam evolueert geleidelijk van havenstad naar zakenstad. Hoe faciliteren we die verandering? Als eerste maken we een aantal gebiedsprofielen. Wat zijn de kwaliteiten van een gebied: ligt het bij een woonwijk of juist erbuiten, hoeveel ruimte is er, hoe is het met de bereikbaarheid gesteld, al dan niet met openbaar vervoer, zijn er voorzieningen zoals horeca en winkels, heeft het gebied iets unieks? De tweede stap is vooruitkijken, door trends te analyseren en te zien welke ruimte een bestemmingsplan biedt. Verder moeten we alert en flexibel zijn ten aanzien van de kansen die zich voordoen en moeten we niet bang zijn voor experimenten. Voorheen was het terrein het uitgangspunt en werden daar de geschikte bedrijven bij gezocht. Tegenwoordig staan de behoeften van een bedrijf centraal en de vraag waar het bedrijf het beste tot zijn recht komt. Nieuwe instrumenten De conclusie is dat op bedrijventerreinen, net als op de kantorenmarkt, de leegstand snel oploopt en niet meer vanzelf verdwijnt. Terwijl de vraag naar goede bedrijfshuisvesting blijft. Oude instrumenten als acquisitie zullen blijven, maar zijn onvoldoende. Nieuwe instrumenten zijn nodig. Beter nog, een andere manier van kijken en handelen. De markt heeft het voortouw en de gemeente kan het de markt gemakkelijker maken door kennis in te brengen, procedures te vereenvoudigen en partijen bij elkaar te brengen.

Lees verder

Bestemmingsplan is ‘er door’

Het bestemmingsplan voor de Spaanse Polder is ‘er door’, eindelijk. Wat betekent dit plan voor ondernemers, voor de toekomst van de polder en waarom heeft het vaststellen van een bestemmingplan zoveel voeten in de aarde? Jim Ekkelenkamp is strategisch adviseur bij de afdeling Stadsontwikkeling van de gemeente Rotterdam en sinds twee jaar manager Bestemmingsplannen. Saaie materie, zo op het eerste gezicht. ‘Niets is minder waar’, vindt Ekkelenkamp. ‘Er zijn altijd veel partijen die er belang bij hebben hoe een gebied eruit gaat zien. Daar gaan heel wat overleggen, discussies en gelobby overheen voordat iedereen min of meer tevreden is. Dat is ook bij bestemmingsplan Spaanse Polder het geval geweest.’ Milieucategorie 5 In 2003 en 2004 is er een ontwikkelingsvisie gemaakt voor Spaanse Polder. ‘Dat is een grove schets van waar we met de polder naar toe willen. Het plan om de Polder te revitaliseren in de periode 2005-2015 is daar een onderdeel van. Er is destijds duidelijk gekozen voor een bedrijventerrein. Spaanse Polder heeft nu zelfs milieucategorie 5 gekregen. Dat betekent dat ook de zware (chemische) industrie zich hier mag vestigen, met uitzondering van olieraffinaderijen of kerncentrales, die behoren tot de hoogste klasse, categorie 6. Dit houdt wel in dat bedrijfsvreemde elementen, zoals kantines van verenigingen, detailhandel en woningen – zie ook het kader over woonboten – niet meer in de Spaanse Polder thuishoren.’ Faciliteren Dat de totstandkoming van het bestemmingsplan lang heeft geduurd, heeft een aantal oorzaken. Ekkelenkamp noemt er een paar. Er waren verschillende ontwikkelingen gaande waar we rekening mee moesten of konden houden. Er waren bijvoorbeeld ontwikkelingen bij de Groothandelsmarkt, de Van Nellefabriek - die vanaf 21 juni 2014 op de Unesco-Werelderfgoedlijst staat – en Schmidt Zeevis die zich in Spaanse Polder gaat vestigen. Een bedrijf als Schmidt verwelkomen we graag in de Polder, alleen moesten we wel weten wat hun plannen precies zijn. In welke volumes en hoe hoog willen ze bouwen bijvoorbeeld. Dan zouden we het bestemmingsplan daarop kunnen aanpassen, of: dan zouden we dat kunnen faciliteren, zoals wij dat noemen.’ Getouwtrek Verder hanteert de provincie Zuid-Holland strenge regels met betrekking tot kantoorruimte en detailhandel. ‘Af en toe zijn daar gesprekken voor nodig om te zorgen dat die regels in sommige gevallen niet zo strikt worden toegepast’, vertelt Ekkelenkamp. ‘Omdat dat beter is voor iedereen. Schmidt Zeevis wil een verkooppunt bij hun vestiging. Valt dat onder detailhandel? Daar moet je over praten. Dat is ook het leuke van het maken van bestemmingsplannen. Er is altijd getouwtrek, waardoor het bestemmingsplan een tijdje kan stilliggen, maar je komt er altijd uit.’ Helderheid Ekkelenkamp is blij als er weer een bestemmings-plan af is. ‘Dat is beter voor alle partijen. Voor de Spaanse Polder is de situatie nu duidelijk. Iedereen weet welke activiteiten, met welke milieubelasting je waar mag ontplooien en op welke manier. Ook is nu helder waar je mag bouwen, hoe hoog je mag bouwen en in welke volumes. Het is een uitgangspunt waar iedereen zich aan moet houden.’ Woonboten Het bestemmingsplan voor de Spaanse Polder is vastgesteld, maar voor de woonboten is er een voorlopige voorziening aangevraagd. De gemeenteraad heeft beslist dat de woonboten niet in het gebied kunnen blijven. De bewoners van de Woonboten hebben echter bezwaar gemaakt tegen die uitspraak bij de raad van State. Binnenkort is de definitieve uitspraak bekend. 154 bestemmingsplannen Rotterdam heeft 154 gebieden waarvoor een bestemmingsplan nodig is. De gemeente beschikt sinds een paar jaar over een speciaal team Bestemmingsplannen. Tachtig procent van de plannen zijn nu actueel. Veertig bestemmingsplannen zijn nog onderhanden. Vier fases van een bestemmingsplan Startfase Alle partijen die belangen hebben bij het gebied - DCMR, grote ondernemingen, stadsontwikkeling bijvoorbeeld – komen aan tafel. Zij praten over alle ontwikkelingen in het gebied, zodat er een goed beeld ontstaat van wat er speelt. De startfase mondt uit in een startnotitie, een globale schets waar het college van burgemeester en wethouders zijn toestemming aan geeft. Ontwerpfase Het team Bestemmingsplannen maakt een ontwerp waarbij DCMR en de provincie hun opmerkingen plaatsen. Vaak maakt ook een milieu-effectrapportage deel uit van deze fase. Vaststellingsfase Het ontwerp ligt ter inzage en iedereen mag zijn zienswijze daarop indienen. De gemeente kijkt of deze zienswijzen gehonoreerd worden. Als een zienswijze ten onrechte niet is gehonoreerd, kan de gemeenteraad beslissen dat er een hoorzitting over moet komen. De gemeenteraad stelt vervolgens het plan vast. Voor Spaanse Polder is dit op 1 juli 2013 gebeurd. Onherroepelijk verklaring Als je vindt dat je zienswijze onterecht is afgekeurd, kun je nog beroep aantekenen bij de Raad van State. Omdat de Raad van State veel dossiers heeft, kan de behandeling van je beroep lang duren. Ondertussen gaat het proces wel gewoon door. Afslag 12 vroeg twee ondernemers naar hun bevindingen over het proces van de totstandkoming van het bestemmingsplan. Aad Beemster, directeur van de Bevago-groep: ‘De communicatie tijdens de totstandkoming van het bestemmingsplan vond ik erg verwarrend. En dan druk ik mij nog zacht uit. De Bevago-groep bezit panden in zowel het Schiedamse als in het Rotterdamse deel van de Spaanse Polder. Het is fnuikend als die twee gemeenten niet op één lijn zitten. Je weet als ondernemer niet waar je aan toe bent. Voor het Schiedamse deel zit ik in een klankbordgroep, maar dat heeft vooralsnog geen enkel effect. Er is een autosloperij bijgekomen waar de auto’s vijfhoog staan opgestapeld. Dat lijkt me niet in overeenstemming met het bestemmingplan of in de geest van de revitalisering. De gemeente Schiedam werkt mee aan de verkoop van objecten op strategische plekken, wat het plan van revitalisatie volledig doorkruist. Noch DCMR, noch de gemeente Schiedam onderneemt daar tot op heden iets tegen. Verder is het verwarrend dat in de loop van het proces van het clusterbeleid is afgeweken. Berichten over die koerswijziging heb ik nooit ontvangen. Ook de communicatie bij de gemeente Rotterdam schiet ernstig tekort. Ik ben drieënhalf jaar bezig geweest om een bepaald kaveltje te bemachtigen. Degene die erover ging, presteerde het om drie maanden lang niet op e-mail of telefoon te reageren. Dat zijn voor ondernemers onaanvaardbare handelswijzen.’ Bette Holterman van Holterman Autoschade: ‘In 2011 werd er een ingrijpende wijziging van het bestemmingsplan ter inzage gelegd. Die wijziging is echter niet bij de belangenverenigingen of bij de ondernemers terechtgekomen. Via via ben ik daarachter gekomen. Vooral voor ons bleek die van belang omdat de straat waaraan we gevestigd zijn, definitief zou worden afgesloten. Ik heb een ochtend lang moeten bellen voor ik iemand van de gemeente te pakken had die ik kon duidelijk maken waar ik het over had. Ik dacht dat de gemeente er was om burgers te informeren en niet andersom. De contactpersonen die ik had, bleken intern herplaatst of op vakantie. ‘Het ligt op de Coolsingel’, was uiteindelijk het antwoord. Moest ik daar dan zelf maar gaan zoeken? Daarna kwam er een brief waarin een spoedbijeenkomst werd gepland, maar waarin ook werd onderstreept dat de inspraakprocedure inmiddels was gesloten. We hebben daar onze mening geventileerd, maar nooit meer iets vernomen. Een andere opmerkelijke actie vond plaats rondom het clusterbeleid. Ons was beloofd dat ondernemers daarover als eerste ingelicht zouden worden. Tot mijn grote verbazing waren wij ineens ingedeeld in het ‘foodcluster’. Dat heeft voor een autoschadeherstel-bedrijf nogal wat consequenties. Met andere ondernemers hebben we ernstig bezwaar gemaakt, met als gevolg dat het clusteren niet doorging. En dan lees je later in de stukken dat dit in goed overleg gebeurd zou zijn.’ Draagvlak voor vorm van zelfbeheer groeit Op woensdag 10 september jl vond een vervolgbijeenkomst plaats over zelfbeheer in de Spaanse Polder. De kopgroep van zestien die in juni hiervoor een intentieverklaring tekende, blijkt inmiddels fors uitgebreid. En dat is goed nieuws. Want een stevig draagvlak is een noodzakelijke stap naar een vorm van zelfbeheer. De bijeenkomst was een vervolg op een eerdere bijeenkomst op 16 juni waar de zestien grootste ondernemers in de polder een intentieverklaring tekenden tot verdergaande samenwerking rondom het beheer van de polder. Een belangrijke doelstelling die tijdens die bijeenkomst werd geformuleerd was het creëren van een breed en stevig draagvlak. Met ruim veertig aanwezige ondernemers blijkt de steun inderdaad fors toe te nemen. ‘Maar we zijn er nog niet’, waarschuwt Frank Kapsenberg, voorzitter van de Belangenvereniging Spaanse Polder (BVSP). ‘Ik hoop dat u bij de volgende bijeenkomst opnieuw een of twee buren meeneemt zodat het draagvlak als een olievlek uitbreidt.’ Ondernemers als collectief ‘Draagvlak’ en ‘krachtenbundeling’. Het zijn ook de sleutelwoorden in het betoog van Henk van der Beek, directeur vervoersbedrijf RMC, en voorzitter van MKB Rotterdam. Op uitnodiging van de BVSP vertelt hij hoe het MKB tegen zelfbeheer van ondernemers aan kijkt. ‘Het College streeft ernaar dat Rotterdam de lijst meest ondernemersvriendelijke stad van Nederland aanvoert. Helaas is Rotterdam op die lijst gezakt van nummer 10 naar 36. Daarover is het MKB met het College in gesprek. Punt is dat de gemeente eigenlijk niet goed weet wat Rotterdamse ondernemers willen. Er is geen gezamenlijke visie. De uitdaging is dus dat we als collectief de krachten bundelen en speerpunten formuleren. Dan krijgen we de overheid ook mee.’ Meedoen loont De heer Putmans begeleidt ondernemersverenigingen en maakt duidelijk waar krachtenbundeling van ondernemers op een bedrijventerrein toe kan leiden: ‘In Eindhoven is het gelukt om voor alle projecten die onder de noemer ‘leefbaarheid en veiligheid’ vallen, vijftig procent cofinanciering van de gemeente te krijgen. Ook zijn er duidelijke afspraken gemaakt over tijdige informatie rondom wegwerkzaamheden en bereikbaarheid, vlot herstel en onderhoud van de openbare ruimte, de aanstelling van een terrein-conciërge in een wsw-constructie. En als de veiligheid goed geregeld is, is het mogelijk kortingen te krijgen op verzekeringspolissen.’ De samenwerking leidt bovendien tot mooie nieuwe initiatieven. Putmans: ‘Zo hebben ondernemers een eenvoudige databank opgezet waarin zij boventallig personeel én vacatures melden. Op deze manier worden er maandelijks 35 vacatures onderling opgevuld. Dat scheelt direct in de wervingskosten.’ Boter bij de vis Mooie voorbeelden, maar zoals iedere ondernemer weet, gaan de kosten voor de baten uit. Kapsenberg: ‘Concreet moeten we nu investeren in een revisie van onze gezamenlijke camerabeveiliging. We vragen u daarom om een bijdrage van 250 euro per ondernemer. En dat is niet alles wat ik van u vraag. De BVSP is bezig om inzichtelijk te maken wat de afvalinzameling ons momenteel kost en hoe dat goedkoper kan. Dus geef ons alstublieft inzage in die facturen! Tot slot: we moeten blijven investeren in verdere krachtenbundeling, want daar valt of staat alles mee.’ Steunt u dit initiatief ook, en wilt u een uitnodiging ontvangen voor de volgende bijeenkomst? Stuurt u dan een e-mail naar het secretariaat van de BVSP: dannyhoutman@scoron.nl  

Lees verder

Spitsmijdende diensten: Vier vliegen in één klap

Door gebruik te maken van slimme, handige en duurzame anti-file diensten, maken we de bedrijven in de Spaanse Polder gezamenlijk beter bereikbaar voor klanten, medewerkers en goederen. Bovendien kunnen we met veel spitsmijdende diensten tijd en geld besparen en bijdragen aan een beter milieu. Dat zijn niet twee, maar vier vliegen in één klap. Onlangs schreef De Verkeersonderneming een aanbesteding uit voor innovatieve spitsmijdende diensten, die de bereikbaarheid van Rotterdamse bedrijven verbeteren. Hierop kwamen ruim dertig inzendingen binnen. Daar zitten interessante alternatieven voor ondernemers in de Spaanse Polder tussen, zoals: Zoeff Vanaf het OV-station Schiedam rijdt een deur-tot-deur pendelbus voor werknemers en bezoekers naar de bedrijventerreinen Rotterdam-Noordwest en Spaanse Polder. Tijdens de spits rijdt de dienst structureel en daarbuiten op afroep via een handige app of telefonisch bij de centrale. Zoeff is een prima aanvulling op het huidige openbaar vervoernetwerk. Door de deur-tot-deur service hoeven reizigers geen grote afstanden meer te overbruggen naar of van de bushaltes binnen het gebied. Een rit kost ongeveer € 1,75. Kijk voor meer informatie op www.zoeff-rotterdam.nl. Initiatief: Rotterdamse Mobiliteit Centrale. Fietsen verleer je nooit Werkgevers leasen een e-bike voor hun medewerkers. Voordelen zijn: fittere werknemers, geen vertraging meer door files, lagere reiskosten. Door subsidie van De Verkeersonderneming ontvangen werknemers een beloning voor elke gerealiseerde spitsmijding. Kijk voor meer informatie op www.fietsenverleerjenooit.nl. Initiatief: Mobylis B.V. TripManager Auto nodig? TripManager brengt de huurauto naar het werk en haalt hem daar ook weer op. Zo gebruik je alleen een auto als je hem echt nodig hebt. Kijk voor meer informatie op www.tripmanager.nl. Initiatief: TripManager. Geïnspireerd? Kijk voor meer duurzame anti-file diensten op: www.marktplaatsvoormobiliteit.nl

Lees verder

Poldermodel: GPR Meubelfournituren

GPR Meubelfournituren B.V., van oorsprong Gebr. Peters B.V., is een fournituren-groothandel voor meubelstoffeerderij, meubelindustrie, woning-en project-inrichting en leverancier van stoffeerdersbenodigdheden, meubelstoffen en (kunst)leer in Nederland, België en Duitsland. In 2000 vestigde GPR zich in de Spaanse Polder, waar het bedrijf absoluut niet meer weg wil, zegt directeur Ronald Peters. Bedrijf: GPR Meubelfournituren Adres: Sevillaweg 90 Werkzaamheden: groothandel voor woninginrichting en meubelstoffering. Medewerkers: 10 Website: www.gpr-rotterdam.nl Wat is de historie van GPR? Het is een echt Rotterdams familiebedrijf, in 1936 opgericht in Krooswijk door mijn opa. Daarna runden mijn vader en mijn oom de zaak. Zelf kwam ik hier in 1985 werken en in 1992 nam ik het bedrijf over. Toen in 2000 mijn broer Arthur mededirecteur werd, was er opnieuw sprake van ‘gebroeders Peters’, maar we voeren liever onze merknaam GPR. Die naam gebruiken we ook voor onze eigen productenlijn. Waarin onderscheiden jullie je? Wij zijn leverancier van vele A-merken, tot genoegen van onze klanten. Wat GPR uniek maakt is het feit dat we nooit een keuze hebben gemaakt tussen óf meubelstoffering óf woninginrichting, zoals de meeste bedrijven in onze branche. We zijn altijd beide markten blijven bedienen. Voor woning- en projectinrichting hebben we een breed assortiment aan artikelen, waaronder alle soorten raam- en vloerbedekking. (Luxaflex, gordijnstoffen, harde- en zachte vloerbedekking, tapijten, laminaat, houten vloeren, pvc-vloeren, etc.) Door onze grote kennis van materialen en technieken spelen we vaak een adviserende rol. Hoeveel werknemers heeft GPR? We zijn met tien mensen. Al onze medewerkers leiden we allround op, zodat ze kennis hebben van én de meubelindustrie én de woninginrichting. Iedere medewerker van GPR moet een echte duizendpoot zijn. Waar ben je trots op? Op onze flexibiliteit, ons brede assortiment en onze vakkennis. Zo hebben we ons gespecialiseerd in lijm en garen. Met succes, want hoewel de meubelindustrie een krimpende markt is, is de afzet van GPR/SABA- lijm, juist gegroeid in deze markt. Daarnaast leveren we lijm aan de jachtbouw, rubberindustrie, auto-beklederij, etc. We geven klanten professioneel advies over de juiste verwerkingsmethode, want er is altijd maar één manier van lijmen de beste manier. Garen leveren we ook aan meerdere branches, zoals de kledingindustrie, vlaggenmakerij, boekbinderijen, etc. Heel leuk en leerzaam voor ons. In de woninginrichting zijn we het aanspreekpunt voor de klant en proberen hem zoveel mogelijk regelwerk uit handen te nemen. Ook dat doen we goed, want we krijgen zelden klachten. Bevalt de Spaanse Polder? Toen ik in 2000 een andere locatie zocht, trok dit terrein me helemaal niet aan. Toch zijn we hierheen verhuisd, want hier konden we genoeg grond kopen voor nieuwbouw. Nu wil ik hier absoluut niet meer weg. Vooral qua logistiek is deze plek perfect, dicht bij de snelweg, centraal in de randstad en goed bereikbaar voor klanten.

Lees verder

BVSP Ondernemers investeren in de toekomst

De Spaanse Polder moet schoon, heel en veilig! Om meer grip te krijgen op het onderhoud en beheer van de bedrijfsomgeving streeft de BVSP naar een vorm van parkmanagement.  De eerste stap is gezet. Op 16 juni jl. tekenden de 16 grootste bedrijven in de polder een intentieverklaring tot verdergaande samenwerking. Waarom Parkmanagement? In 2015 loopt het revitaliseringprogramma van De Spaanse Polder af. De bemoeienis van de overheid met de polder zal op een lager pitje komen te staan en ook het beschikbare overheidsbudget zal kleiner worden. Nu is dus hét moment waarop wij als ondernemers zelf de regie moeten pakken om de Spaanse Polder vitaal en aantrekkelijk te houden. Met parkmanagement kunnen we de volgende zaken zelf regelen: collectief beheer en onderhoud van de openbare ruimte gezamenlijke afvalverwerking het uitbouwen van de collectieve beveiliging afspraken maken met de gemeente Rotterdam en Schiedam over financiering en taakverdeling onderling afspraken maken over onderhoud directe bedrijfsomgeving op termijn eventueel gezamenlijke inkoop van energie, uitbreiding van camerabewaking en surveillance, en meer verlichting Wat is de rol van de BVSP? De Belangenvereniging Spaanse Polder (BVSP), waarin een groot deel van de ondernemers verenigd is, maakt zich sterk voor parkmanagement. Een groot draagvlak is daarbij van groot belang; hoe meer bedrijven zich aansluiten, hoe beter. Als collectief vormen we een stevige gesprekspartner voor de overheid. Dat is belangrijk want gemeenten zijn zelf ook verantwoordelijk voor het onderhoud van de buitenruimte en voor handhaving van de wet- en regelgeving. We moeten dus afspraken maken over de taakverdeling en over de mogelijke financiering daarvan. Hoe nu verder? Op 10 september om 16.00 uur komen de betrokken bedrijven opnieuw bij elkaar (locatie Au Marché). In de tussentijd willen we zoveel mogelijk kleine en grote bedrijven uit de Spaanse Polder betrekken bij dit initiatief. Daarnaast wordt hard gewerkt aan een concreet plan van aanpak. De reeds participerende bedrijven zullen hun buren en bevriende relaties persoonlijk uitnodigen voor deze bijeenkomst. Steunt u ons initiatief en wilt u erbij zijn in september? Laat het ons weten door een mail te sturen naar Danny Houtman (secretariaat BVSP): dannyhoutman@scoron.nl en zegt het voort! Tijdens de algemene ledenvergadering op 12 juni 2014  zijn twee nieuwe bestuursleden benoemd. Het gaat om de heer Özcan Atilgan, directeur GOB (links) en de heer Mehmet Kolay, directeur van Stahlie-Cam Automaterialen BV (rechts).

Lees verder

De polder als gangmaker

In de polder wordt geld gemaakt. Maar er wordt ook geld terug geïnvesteerd in de samenleving. Menig bedrijf in de Spaanse Polder sponsort sociaal-maatschappelijke activiteiten: sport- of culturele evenementen, goede doelen, plaatselijke non-profitorganisaties zoals een sportvereniging, school of kinderboerderij. Andere bedrijven zetten zich massaal in voor ‘NL doet’, maatjesprojecten of de Roparun. ‘We gaan graag duurzame verbintenissen aan’ Doornbos Equipment verhuurt en verkoopt hoogwerkers, heftrucks, verreikers, hogedrukpompen en vacuüm-units. Het materieel wordt ingezet voor een scala aan werkzaamheden: van scheepsonderhoud en gevelrenovaties tot op- en afbouwwerkzaamheden voor festivals en evenementen. Doornbos is een familie-bedrijf dat al meer dan 50 jaar in de Spaanse Polder is gevestigd. Er werken zo’n 90 mensen op de vestigingen in Rotterdam, Amsterdam, Engeland en Frankrijk. Het bedrijf sponsoort al vele jaren een aantal grote evenementen in Rotterdam. Directeur Denise Doornbos: ‘Wij stellen materieel beschikbaar voor de jaarlijkse CHIO (Concours Hippique International Officiel), aan Like2Run (de organisatie achter de Ladies Run, City Pier City en de Marathon Rotterdam) en aan City Racing Rotterdam. Ook zijn we al jaren Gildelid van het Rotterdams Philharmonisch Orkest waarmee we het orkest financieel ondersteunen. Daarnaast leven we soms materieel uit aan kleinere evenementen zoals het zeilspektakel Skûtsjessilen op de Kralingse Plas en de restauratie van het Havenmuseum. We krijgen veel aanvragen en maken zelf de keuze wat we wel en niet sponsoren. Vaak gaat het om verzoeken van zaken-relaties of personen met wie we een band hebben. Waarom we dit doen? Vanuit onze betrokkenheid; we zijn een bedrijf dat graag duurzame verbintenissen aangaat. We voelen ons verantwoordelijk en willen een steentje bijdragen aan de stad Rotterdam; de omgeving waar we zakelijk maar ook persoonlijk mee verbonden zijn.’ ‘Een mooi boek over de liefde van Rotterdamse kunstenaars voor hun materiaal’ Directeur Frank Kapsenberg van Kapsenberg van Waesberge bv Print media Services, is de drijvende kracht achter de Belangenvereniging Spaanse Polder. U kent hem wel, de man achter het voorwoord van dit blad. Maar Kapsenberg zet zich belangeloos in voor veel méér dan de ondernemers in de polder. ‘Wij verzorgen regelmatig drukwerk ‘om niet’. Van een sponsorblaadjes voor de plaatselijke hockey-vereniging tot drukwerk voor SIRE (Stichting Ideële Reclame). En we doen ook wel mee aan allerlei acties die voorbij komen en die we goed vinden. Een paaseitjesactie voor een gehandicaptenstichting of speculaaspoppen om een andere goed doel te steunen. Mits de kwaliteit maar goed is, en het doel zelf natuurlijk. Verder sponsoren we deelnemers aan de Alpe d’HuZes en de Roparun. We drukken soms postertjes of ander materiaal voor opdrachtgevers die zich zelf inzetten voor een goed doel, zoals bijvoorbeeld een congres waar het Oogziekenhuis Rotterdam bij betrokken is. Een erg leuk project waar we – samen met fotograaf Twan de Veer en ontwerp-bureau Vuurrood – onlangs aan meewerkten, is het boek ‘Uit de Hand’. Een boek waarin de liefde voor hun materiaal van 11 Rotterdamse kunstenaars heel mooi in beeld is gebracht. Dat zijn dingen waar we zelf ook plezier aan beleven en graag aan bijdragen.’ ‘In onze visie op duurzaamheid verdient alles en iedereen een tweede kans’ ‘Op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) en duurzaamheid is Oranje B.V. een voorloper’, vertelt Gert Jan de Gier, directeur commerciële zaken. ‘Onze in 2011 overleden directeur Freek Oranje was een echte visionair. Hij heeft het duurzaam amoveren uitgevonden, oftewel het hoogwaardig recyclen van vrijkomende materialen. Naast duurzaam recyclen is Oranje specialist op het gebied van asbestsanering en bodemsanering. We willen met onze bedrijfsactiviteiten bijdragen aan een gezonde balans tussen People, Planet en Profit. Maar we investeren ook in nieuwe kansen voor mens, maatschappij en milieu. Zo zijn we aangesloten bij diverse platforms zoals MVO Nederland, Rotterdam Climate Initiative, Rotterdam Cirkelstad en Ik zit op Zuid (IzoZ). De laatste twee platforms richten zich op leer-/werk-trajecten voor mensen met een lagere opleiding of met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij Oranje leiden we deze mensen op in ons eigen opleidingscentrum en nemen hen in dienst als het goed gaat. In onze visie op duurzaamheid verdient alles en iedereen een tweede kans. We sponsoren goede initiatieven zoals de Oranje Foundation, opgericht door en vernoemd naar Freek Oranje. Deze foundation biedt de helpende hand aan kinderen in een achterstandspositie. Een leuk initiatief dat we sinds kort financieel ondersteunen is Pole Soccer@, een soort ‘straatvoetbal’ in een speciale voetbalarena die bij evenementen snel kan worden opgebouwd. Pole Soccer@ heeft een samenwerkingsverband met Feyenoord en de focus ligt op sportparticipatie, gezondheid, talentontwikkeling en sociale contacten voor alle kinderen, zonder onderscheid. Ook hebben we dit jaar de Alpe d’HuZes gesponsord door een van de deelnemende teams te voorzien van een bus en een financiële bijdrage. Het team heeft 85.000 euro bij elkaar gefietst, een mooi resultaat!’

Lees verder

De polder als sociaal bloeinest

In de Spaanse Polder groeit en bloeit meer dan het onkruid tussen de stoeptegels. Jongeren leren er een vak of vinden er een baan. Diverse bedrijven in de polder bieden stageplaatsen, leerwerkplekken en banen aan mensen met een arbeidshandicap of een afstand tot de arbeidsmarkt. Jaap Kuipers, eigenaar van Kuipers Zeilmakerij aan de Bornissestraat: ‘Iemand die wil werken en het vak wil leren, kan hier prima functioneren’ Kuipers begon zijn bedrijf in 1992 in Pernis en verhuisde in 2012 naar de Spaanse Polder. Het bedrijf is gespecialiseerd in afdekzeilen en bootkappen voor de watersport en industriële afdekkingen voor met name de scheepvaart en offshore. Een uniek product is de ‘paardenbroek’, ontworpen om paarden die te water zijn geraakt, op te takelen. Deze wordt vooral geleverd aan brandweercorpsen. Bij de zeilmakerij werken vijf man in vaste dienst en daarnaast is er regelmatig een leerling in tijdelijke dienst. De medewerkers hebben uiteenlopende achtergronden, vertelt Kuipers. ‘Er zit een schoenmaker bij, mensen uit de confectie-industrie maar ook mensen die nog nooit achter een naaimachine gezeten hebben. Dit is een specialistisch vak waar geen opleiding voor bestaat. Dus als er nieuwe mensen binnenkomen, dan leren ze het vak in de praktijk.’ Een van Kuipers’ medewerkers kwam circa zes jaar geleden binnen via de BGS (een Schiedams Wsw (Wet sociale werkvoorziening)-bedrijf). ‘Op een dag werd ik gebeld door de gemeente Schiedam met de vraag of ik een man met een oorlogstrauma kon plaatsen. Omdat hij een prima beoordeling van zijn vorige werkgever had en bereid was om het vak te leren, heb ik ‘ja’ gezegd. Het is een handige man die hier goed functioneert. Soms heeft hij een dip. Ik ben geen therapeut maar ik hou wel rekening met zijn mogelijkheden en beperkingen. Hij wordt vanuit de BGS begeleid.’ Vorig jaar heb ik hier nog een Wsw’er gehad. Maar dat pakte niet goed uit, hij kon het psychisch niet aan en is na ongeveer een jaar vertrokken. Het is voor mij vrijwel onmogelijk om mensen met de juiste ervaring te vinden. Dus iemand die wil werken en het vak wil leren, kan hier in principe functioneren. Dat geldt ook voor mensen die om psychische of andere redenen minder snel aan de bak komen.’ Wsw wordt Participatiewet De huidige Wet sociale werkvoorziening (Wsw) gaat per 1 januari 2015 op in de Participatiewet. De gemeente wordt dan verantwoordelijk om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (inclusief arbeidsgehandicapten) aan het werk te helpen. Door de Participatiewet kunnen mensen die nu met een Wsw-regeling op detacheringsbasis bij een bedrijf werken, in dienst komen. Gemeente en werkgever bepalen samen wat de reële loonwaarde is van de betreffende werknemer. De gemeente vergoedt het verschil tussen de loonwaarde en 70 procent van het wettelijk minimumloon. Naast deze loonkostensubsidie blijft ook de werkbegeleiding (jobcoaching) door de gemeente bestaan. Ramon Dölle, unitmanager Groepsdetacheringen bij dienst Werk en Inkomen: ‘In het sociaal akkoord hebben werkgevers afgesproken 100.000 extra banen te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking (tot 2026). Er blijft daarnaast ook een voorziening voor beschut werk overeind, bedoeld voor mensen die een aangepaste (beschutte) werkplek nodig hebben.’ Voor de uitvoering van de Participatiewet worden 35 arbeidsmarktregio’s opgericht waarin gemeente, UWV, werkgevers en werknemers samenwerken. Voordeel is dat bedrijven niet meer met verschillende instanties te maken hebben maar met een contactpersoon uit het regionale arbeidsmarktnetwerk. De Participatiewet is ook voor werkgevers in de Spaanse Polder interessant. Dölle: ‘We hopen het voor werkgevers aantrekkelijk en makkelijk te maken om arbeidsgehandicapten in dienst te nemen. Niet het hebben van een vacature moet het uitgangspunt zijn maar werk dat blijft liggen, of is ondergebracht bij mensen met een te hoge opleiding voor dat werk. Het gaat om eenvoudige werkzaamheden waar geen speciale scholing of kennis voor nodig is. Door bijvoorbeeld functies op te knippen en het eenvoudige werk in één functie onder te brengen, creëer je een extra baan en nieuwe kansen voor mensen die niet zo snel ander werk kunnen vinden.’ Meer weten over wat de Participatiewet voor uw bedrijf kan betekenen? Neemt u dan contact op met Marcel Steenbergen, senior accountmanager Werkgeversservicepunt Rijnmond. T: 010-2677976/ 06-13159860 E: mwjm.steenbergen@rotterdam.nl W: www.wsprijnmond.nl  Jan Kerremans, directeur Operationele Zaken bij Verstegen Spices & Sauces: ‘Al onze medewerkers zijn deel van de Verstegen-family’ De foodindustrie is een belangrijke bedrijfstak in de Spaanse Polder. Verstegen Spices & Sauces biedt werkgelegenheid aan mensen met een Wsw-indicatie. Daarnaast voert het bedrijf een actief beleid op het gebied van stages en opleidingsplaatsen. Dat is mooi, want er zijn volop kansen in de food. Verstegen Spices & Sauces is in 1886 opgericht en sindsdien actief binnen alle segmenten van de foodbranche: gericht op de industrie, de retail en de consument. Het familiebedrijf heeft 370 mensen op de loonlijst staan en biedt daarnaast werkgelegenheid aan 100 arbeidsgehandicapten. ‘Deze mensen hebben een Wsw-indicatie en werken gedeeltelijk op onze inpandige werkplaats en gedeeltelijk op de afdelingen in de productie,’ vertelt Jan Kerremans. ‘Het gaat om eenvoudige werkzaamheden die niet machinaal gedaan kunnen worden. Denk aan het afvullen van laurierblaadjes; dat moet gewoon handmatig. Vroeger besteedden wij dit werk uit aan sociale werk-plaatsen maar zo’n tien jaar geleden hebben we hier een eigen werkplaats ingericht. Nu komen de mensen bij ons en maken ze deel uit van de Verstegen-family. Ze zeggen: “Ik werk bij Verstegen” in plaats van “Ik werk bij een sociale werkplaats”. Dat geeft een stuk trots.’ De begeleiding van deze medewerkers is in handen van werkmeesters vanuit de gemeente Rotterdam en Schiedam. Daarnaast voert Verstegen een actief beleid op het gebied van training en opleidingen. Kerremans: ‘We zijn al een aantal jaar bezig om vmbo-leerlingen te interesseren voor de foodindustrie, en starten hier binnenkort zelfs mee op basisscholen. We geven gastlessen over de mogelijkheden en ontwikkelingen binnen de food-industrie en via snuffelstages proberen we kinderen warm te maken voor een baan of opleiding bij ons bedrijf. Sinds dit jaar hebben we vijf mbo’ers in dienst op een leerwerkplek. Ze werken vier dagen en gaan één dag in de week naar school. Wij betalen hun opleiding en brengen hen in de praktijk alle kneepjes van het vak bij. Na twee jaar zijn ze all round food operator en hebben meteen een baan. De wens is om dit verder uit te breiden want de werkgelegenheid in deze sector neemt de komende jaren alleen maar toe.’ Behalve de leerlingen lopen er altijd wel een paar stagiaires rond bij Verstegen. ‘We werken nauw samen met verschillende vmbo- en mbo-scholen: Melanchton, Lentiz, InHolland en het Wellant’, zegt Kerremans. ‘En ook binnen onze eigen Food Academie bieden we tal van cursussen en trainingen. Bijvoorbeeld over de complexe wet- en regelgeving op het gebied van food, en taalcursussen voor medewerkers die contacten hebben met onze buitenlandse vestigingen.’ ‘Na mijn diploma kan ik hier blijven werken en ook nog verder doorleren’ De 29-jarige Hisham kwam 3,5 jaar geleden uit Palestina naar Nederland en volgt sinds 10 maanden de tweejarige mbo-opleiding tot all round food operator. Hij is getrouwd en heeft een kind. Het gezinsleven combineert hij met vier dagen per week werken bij Verstegen en een dag per week naar school (Lentiz). ‘Ik ben erg blij met deze opleiding. Na mijn diploma kan ik hier blijven werken en ook nog verder doorleren. Het is een mooie kans, zeker omdat ik nu ook goed Nederlands leer spreken. De opleiding is interessant, ik leer van alles over machineonderhoud, allergenen, grondstoffen en de wetten en regels voor de voedselindustrie. Tot nu toe heb ik al mijn examens gehaald!’ ROTTERDAMMERS WERKEN! Van mei tot eind 2014 loopt het pilotproject ROTTERDAMMERS WERKEN! in de Spaanse Polder. Met dit project wil de gemeente Rotterdam mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in contact brengen met ondernemers. De gemeente wil maatwerkoplossingen bieden zonder extra regelwerk en neemt alle administratieve rompslomp uit handen, zorgt voor begeleiding en advies en ondersteunt met verschillende (financiële) middelen om de eventuele plaatsing tot een succes te maken. De aanpak is eenvoudig. Via een zogenoemd ‘prettig gesprek’ organiseren de projectleiders een groepsbijeenkomst tussen ondernemers en een aantal kandidaten. Per keer worden 30 kandidaten (werkzoekenden) uitgenodigd bij een bedrijf dat zich voor dit project heeft opgegeven. Door prettig met elkaar in gesprek te gaan, ontwikkelen de kandidaten meer zelfvertrouwen en krijgen ondernemers op hun beurt zicht op de kwaliteiten van de kandidaten. Wilt u meer weten over dit project? Of heeft u plaats voor onbenut talent in uw bedrijf? Neem dan contact op met Kees de Ruwe (06 – 51 92 63 46) of Yvonne van Amstel (06 – 24 23 59 84).

Lees verder

De polder als ‘melkkoe’

Jarenlang werd het beeld van de Spaanse Polder beheerst door nachtelijke straatraces, verkeersopstoppingen, louche handelaren en illegale activiteiten. En nog steeds kleeft er iets van dat verloederde gebied van weleer – waar met een omvangrijk herstructureringsprogramma ruim 45 miljoen in is geïnvesteerd – aan het huidige imago van de polder. In dit nummer van Afslag 12 presenteren wij een andere kant van de medaille. De polder als een op volle sterkte draaiende motor voor de economie van Rotterdam. Een melkkoe die niet alleen de ondernemers zelf een goede boterham oplevert maar die ook nog eens elk jaar miljoenen in de gemeentekas laat vloeien. Feiten & de cijfers Maatschappelijke waarde De bedrijventerreinen Spaanse Polder en ‘s-Graveland-Zuid bieden werk aan ruim 10.000 personen in ruim 900 bedrijven. De bedrijven maken daarnaast meer dan gemiddeld gebruik van tijdelijk extra personeel. Bovendien is de bedrijvigheid in de polder goed voor nog eens 5.000 afgeleide banen. Het gaat vooral om werkgelegenheid voor laag- en middenhoogopgeleid personeel. Ruim zestig procent van de werknemers is afkomstig uit Rotterdam en Schiedam. Daarmee is de maatschappelijke waarde van de polder voor Rotterdam groot. Soorten bedrijven In de Spaanse Polder zijn vooral veel bedrijven gevestigd op het gebied van bouw & industrie, zakelijke dienstverlening en groot- en detailhandel. Toegevoegde waarde De toegevoegde waarde van de polder bedraagt drie miljoen per hectare per jaar. Deze wordt bepaald door de gebouwen die er op staan en de mensen die er werken en producten en diensten opleveren. Een rekensommetje: De Spaanse Polder is 190 ha groot. Dus 190 x 3 miljoen = 570 miljoen euro. Erfpachtcanon De opbrengst in 2014 aan erfpachtcanon en afkoop van contracten wordt geschat op € 4.440.000,–. Daar staat tegenover dat de gemeente ook veel geld investeert in het bouwrijp maken van de grond. Opbrengst OZB De opbrengst van de OZB-gebruikersbelasting bedroeg in 2013 € 840.000,–. De opbrengst van de OZB-eigenaarsbelasting bedroeg in 2013 € 1.332.000,–. Uitgangspunt voor de hoogte van de belasting is de WOZ-waarde van het pand. Opbrengst precario- en reclamebelasting De gemeente heft ook precario- en reclamebelasting. Reclamebelasting geldt voor openbare aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. Precariobelasting is van toepassing op voorwerpen die in de openbare ruimte staan. Er is geen specificatie voor deze opbrengsten vanuit de Spaanse Polder. ‘De Spaanse polder is zonder twijfel een steady economische motor voor Rotterdam’ Bart van Wijk is sinds 1 maart de nieuwe project-manager Stadsontwikkeling voor (onder meer) de Spaanse Polder. Van Wijk studeerde bestuurskunde in Rotterdam en werkte eerder als projectmanager voor Rotterdam CS, Winkelboulevard Zuid, het Stadionpark en het bedrijventerrein Gadering in Hoogvliet. Wij vroegen hem naar de resterende looptijd van de herstructurering en naar de betekenis van de Spaanse Polder voor Rotterdam. De herstructurering van de Spaanse Polder loopt in 2015 af. Wat moet er nog gebeuren? ‘In de voorgaande jaren zijn er forse ingrepen en investeringen gedaan in de Spaanse Polder. Vooral op het gebied van de infrastructuur en bereikbaarheid, de herontwikkeling van kavels, het beheer van de openbare ruimte en de handhaving. Ook in de branchering heeft de gemeente actief gestuurd. Er staat nog een aantal projecten op stapel, de quatronde loopt op schema en daarna volgt nog de herinrichting van de Almstraat/Vlisstraat. Ook zijn er nog kavels die een nieuwe invulling moeten krijgen. We willen daarover met een aantal ondernemers in gesprek en werken samen met Rotterdam Partners: de promotor van de Rotterdamse economie, die als verbindende schakel fungeert tussen bedrijfsleven, instellingen en het bestuur van de gemeente Rotterdam.’ En na 2015? ‘De gemeente zal De Spaanse Polder niet ineens loslaten. De geplande werkzaamheden zullen deels nog doorlopen in 2015. Dat geldt ook voor het invullen van lege kavels. Verder blijft de gemeente verantwoordelijk voor zaken als handhaving, beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Wel is het zo dat de rol van de overheid geleidelijk verandert: van initiatiefnemer en organisator naar facilitator. We zullen dan ook goed luisteren naar de wensen en behoeften van ondernemers en kijken hoe we daar als gemeente ondersteunend in kunnen zijn. Dat vereist ook dat we intern nog meer en beter samenwerken. Belangrijk in deze context is hoe de samenwerking met de ondernemers zich verder gaat ontwikkelen, hoe zij zich verder onderling gaan organiseren en hoe zij tegen de taakverdeling met de gemeente aankijken. Daarover gaan we komend jaar in gesprek.’ Hoe is de samenwerking met Schiedam? ‘Schiedam heeft een eigen verantwoordelijkheid voor de herstructurering van haar deel van de polder. Haar focus lag bij de uitvoering van het beeldkwaliteitsplan en het parkeerbeleid. We zullen gezamenlijk blijven optrekken als het gaat om de verdere ontwikkeling van de polder. Binnenkort heb ik overleg met mijn Schiedamse collega waarbij de situatie na 2015 zeker ter sprake zal komen.’ Wat betekent de Spaanse Polder voor Rotterdam? ‘Zonder twijfel is de Spaanse Polder een economische motor van betekenis voor Rotterdam. Er wordt hier veel geld verdiend voor de stad. Het levert een breed scala aan werkgelegenheid op voor zowel hoog- als laagopgeleiden. En het is een groot gebied, zeker als je Noord-West erbij rekent. Bovendien is er het unieke voordeel van de havenbekkens waardoor bedrijven met watergebonden activiteiten zich hier kunnen vestigen. Ik verbaas me altijd weer over de vele bijzondere bedrijven in de polder: groot en klein, handel en maakindustrie, en heel veel familiebedrijven.’

Lees verder